Al eerder schreven wij over de problemen rondom de Jeugdzorg in Nederland. Kinderen die met Jeugdzorg in aanraking komen, hebben vaak al te maken gehad met een onstabiele of zelfs onveilige thuissituatie. Juist voor deze kinderen is het van wezenlijk belang om in een vertrouwenwekkende situatie hulp te krijgen. Het opbouwen van een vertrouwensband met de hulpverlener is daar een belangrijk aspect van. Maar juist daar blijkt de schoen te wringen.
Wat is er aan de hand?
Sinds de invoering van de Jeugdwet in 2015 is de verantwoordelijkheid van de jeugdhulp gedecentraliseerd naar gemeenten. Sindsdien is de zogenaamde residentiƫle jeugdhulp (de uithuisgeplaatste kinderen) onder druk komen te staan. Er zijn veel verschillende instanties betrokken en kinderen worden regelmatig doorverhuisd naar andere plekken. De sluiting van diverse jeugdinstellingen draagt bij aan dit probleem. Ook neemt het personeelsverloop en -verzuim in de Jeugdzorg de afgelopen jaren toe. Het CBS meldt dat in 2018 het verloop onder personeel 15,7% was en het verzuim 6,9%.
Gevolgen voor kwetsbare kinderen

Door de vele wisselingen is het voor de kwetsbare kinderen niet mogelijk om een vertrouwensband op te bouwen met hun begeleider. Uit onderzoek blijkt dat driekwart van de kinderen vindt dat ze te vaak hun levensverhaal moeten vertellen. Hierdoor herbeleven ze vaak onnodig nare herinneringen.
Ook vinden ze het steeds lastiger om een band op te bouwen met de volgende hulpverlener. 71% van de kinderen geeft aan dat ze te veel hulpverleners hebben. Daarvan vindt 25% dat dit hoge aantal ervoor zorgt dat het slechter gaat met hem of haar. Uit onderzoek blijkt dat deze groep kinderen moeite hebben met het afronden van een opleiding en het vinden van werk. Hierdoor is er sprake van sociale exclusie: kinderen hebben minder mogelijkheden om op sociaal en economisch gebied deel te nemen aan de maatschappij.
Niet alleen uithuisgeplaatste kinderen ervaren problemen, maar ook voor kinderen die ambulante zorg krijgen blijken de wisselingen een negatief effect op hun ontwikkeling te hebben.
Voor de hulpverleners zelf zijn de wisselingen ook pijnlijk. Zij geven aan het gevoel te hebben tekort te schieten naar de kinderen, niet lang genoeg te kunnen blijven om de kinderen echt te leren kennen en te weinig tijd te hebben voor echt contact.
Petitie aan minister
Op donderdag 13 februari wordt er een petitie aangeboden aan minister Hugo de Jonge (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) Hierin wordt opgeroepen om de situatie rondom kwetsbare kinderen te verbeteren.
Er is behoefte aan vaste woonplekken met vertrouwde gezichten, met name voor kinderen van wie de ouders niet of onvoldoende beschikbaar zijn. Hoe beter de band met de begeleider is, hoe meer psychische, traumagerelateerde klachten van kinderen afnemen.